Suzannes wereld stortte in toen ze geen contractverlenging kreeg op haar werk: ze nam een overdosis medicijnen. Door een tijdelijke opname in een kliniek, EMDR en wonen bij Lentis heeft ze haar leven weer op de rit gekregen.
“Ik heb jarenlang mijn psychische problemen weggestopt. Dat deed ik door veel te werken. Thuis zorgde ik als alleenstaande moeder voor mijn kinderen. Ik voelde me altijd moe, mijn concentratie was slecht en ik had last van stemmingswisselingen. Omdat ik weinig energie had, meldde ik me vaak ziek op mijn werk; toen de huisarts me vertelde dat ik een burn-out had, kwam ik in de ziektewet terecht.”
Crisisopname
“Geleidelijk aan ging het slechter met mij. Mijn werk was mijn houvast: het lukte mij niet om vanuit de ziektewet tot rust te komen. Twee keer per week kreeg ik behandeling en begeleiding thuis, maar deze gesprekken hielpen niet. Ik faalde als moeder en werknemer, vond ik. Toen vanuit de ziektewet mijn werkcontract niet werd verlengd, stortte mijn wereld in. Hoe kon ik voor mijn kinderen zorgen als er geen geld meer binnen kwam?”
“Herstellen van mijn burn-out deed ik niet. Sterker nog: ik werd iedere dag somberder. Mijn familie en vrienden hield ik op afstand: ik wilde ze niet met mijn problemen opzadelen. Ik lag veel op bed, at ongezond en ik kwam amper buiten. Mijn kinderen – ze zaten toen in de pubertijd – zagen dat het niet goed met me ging, maar ze waren te jong om mij te helpen. De bom barstte toen ik vanuit wanhoop een hand vol pillen slikte. Ik zag geen uitweg meer. Er volgde een crisisopname.”
“Het klinkt misschien gek, maar in de kliniek kwam ik voor het eerst in mijn leven tot mezelf. Daar draaide alles om rust, structuur en creatief bezig zijn. Ik tekende veel, maakte wandelingen in de rozentuin en ik voerde gesprekken met een psychiater. Even had ik geen zorgen en dat deed me goed. Na twee maanden ging ik terug naar huis, maar daar ging het al snel weer slechter met me. Mijn problemen bleken diepgeworteld te zitten.”
“Stap voor stap heb ik leren praten over mijn angsten en problemen. Daar kwamen allemaal emoties bij los. Ik heb veel gemaakt in mijn jeugd: misbruik, geweld en mishandelingen. Die gebeurtenissen had ik allemaal weggestopt. Mijn psychiater raadde me aan om EMDR te volgen. Eerst was ik sceptisch: wat gebeurd is, is gebeurd en daar kan niemand iets aan veranderen. Maar ik ben blij dat ik het heb gedaan. Ik kan nu zonder dat ik in huilen uitbarst over mijn verleden praten, ik slaap een stuk beter en ook voel ik me minder angstig.”
Geen werkdruk
“Sinds een paar jaar woon ik op mijzelf binnen Lentis. Na de crisisopname kreeg ik namelijk een paar keer een terugval; goed voor mezelf zorgen blijf ik lastig vinden. Wonen bij Lentis betekent dat ik een eigen appartement heb, maar dat ik van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat gebruik kan maken van de hulp die Lentis aanbiedt. De woonbegeleider is bijvoorbeeld al jaren een vertrouwenspersoon voor mij. Als ik niet lekker in mijn vel zit, kan ik met hem praten. Hij luistert naar mij en veroordeelt me niet. Zo heb ik me lange tijd een mislukkeling gevoeld naar mijn kinderen toe. Door samen met mijn woonbegeleider met ze te praten, heb ik het een plekje gegeven. Mijn kinderen wonen inmiddels op zichzelf, maar ik zie ze regelmatig. Dat voelt voor ons allemaal goed. Mijn droom is om in de toekomst met ouderen te gaan werken. Niet omdat het moet, maar omdat het mij leuk lijkt. Ik wil namelijk geen werkdruk meer ervaren. Dat kan ik mentaal niet aan.”
Disclaimer: de ervaringsverhalen op deze site zijn van cliënten of oud-cliënten. Om privacyredenen maken we gebruik van gefingeerde namen en foto’s.
Woonbegeleider Peter:
“Ik probeer de mensen die hier wonen te helpen bij hun herstel. We praten over doelen, dromen en wensen. Maar ik help ook met het inplannen en nakomen van afspraken en ik ga mee naar de dagbesteding als de wens er is. We hebben een gezamenlijke ruimte op de locatie met vaste koffiemomenten. Daar kan iedereen vrijblijvend aanschuiven. Vaak zie je daar dezelfde gezichten. Met de bewoners die zich wat meer terugtrekken, maak ik andere contactafspraken. Het allerbelangrijkste in mijn werk? Dat er een match is. Pas dan kan ik namelijk helpen.”